Door op 24 januari 2016

Parkeren op walkanten

De  Raad van State heeft op 16 december 2015 een uitspraak gedaan over het parkeren op een walkant. Deze zaak is aanhangig gemaakt door een inwoner van onze stad.

In de uitspraak wordt gezegd dat de betreffende walkant van deze inwoner en de daarop aanwezige parkeerplaatsen geen openbare weg is, en dat er geen vergunningplicht ter plaatse kan gelden. Het college had de aanvraag om een parkeervergunning met toepassing van de Parkeerverordening moeten afwijzen, omdat de aanvrager beschikt over parkeerplaatsen op eigen terrein.
 
Dit heeft bij onze fractie geleid tot een aantal vragen richting het college. 
Eerst wil de PvdA weten of het hier om één individuele zaak gaat, of dat deze uitspraak in meerdere situaties zou kunnen gelden. Een onderbouwd antwoord vinden we belangrijk , want als deze uitspraak op meerdere situatie van toepassing is dan moet er wellicht meer gebeuren dan als het om één zaak gaat. 
Daarom hebben we nog meer vragen:  Is in het licht van deze uitspraak het besluit om de aparte walkantparkeervergunning voor walkanteigenaren af te schaffen nog wel een zinvolle maatregel?
Wat heeft deze uitspraak voor consequenties voor het parkeerbeleid op walkanten?
 Geeft deze uitspraak aanleiding om in het parkeerbeleid opnieuw een aparte regeling op te nemen voor het parkeren op deze walkanten en als het college  dat niet van mening is, hoe denkt het college het huidige parkeerbeleid met betrekking tot deze walkanten dan verder te handhaven?
Voor zover het nu gaat om 1 geval, kunnen er door simpele aanpassingen van de walkanten door de eigenaren naar aanleiding van deze uitspraak vergelijkbare situaties ontstaan? En wat kan de gemeente daar eventueel tegen doen?