Raadsvergadering 10 mei 2016
In de raadsvergadering van 10 mei werden er twee onderwerpen besproken.
Het eerste onderwerp ging over de mogelijkheden voor het uitbreiden van de parkeercapaciteit nabij het station.
In de commissievergadering heeft de PvdA al uitgebreid haar bedenkingen uitgesproken. In de raad hebben we onze wensen en voorkeuren uitgesproken, want er was geen draagvlak om het hele voorstel terug te geven.
Het is belangrijk dat er een duurzame oplossing komt voor het transportprobleem in Enkhuizen, vindt onze fractie. Dit betekent geen parkeerruimte meer voor anderen dan bewoners/ondernemers in de binnenstad of bezoekers aan het kernwinkelgebied, een betere ontsluiting van parkeren buiten het historisch centrum en gebiedsontwikkeling gericht op loop-, fietsvervoer en openbaar vervoer.
Dit alles vraagt om een visie op de inrichting van onze stad: zijn wij fietsvriendelijk genoeg? Nodigen wij uit tot lopen? Gebruiken we het spoor optimaal? Het water? Hoe kunnen we duurzaam ontsluiten?
Als we hier mee bezig gaan komen we vanzelf de parkeerplaats, het bootmodel van ZZM tegen en kunnen we vanuit een visie verder.
Handhaaf voor nu het huidige bootmodel, omdat het geen extra parkeerdruk oplevert in en rond de binnenstad. Zoek met het museum naar realistischere oplossingen dan die in dit voorstel staan, doe dit vanuit een duurzame oplossing voor het transportprobleem in Enkhuizen. Werk bijvoorbeeld een businesscase uit voor een fietsenplan vanaf Krabbersplaat .
Ga ook samen gemeente en museum naar de Provincie, het Rijk om de situatie te bespreken.
PvdA, Lijst Quasten, VVD en D66 zagen de optie Flevolaan wel zitten, maar vonden ook dat het college tegelijkertijd met een verkeersplan voor het totale verkeer en verkeersvraagstuk moet komen. Al met al heeft de wethouder een idee welke zaken hij kan gaan uitwerken.
Ook deed de wethouder de toezegging dat hij zou nagaan of de Flevolaan om veiligheidsredenen überhaupt wel te gebruiken is voor parkeren of dat het open moet zijn voor brandweer en andere hulpdiensten.
De motie en amendement van SP, CU/SGP, NE en fractie van der Pijl hebben we niet gesteund. Het amendement ontnam ons de mogelijkheid om een voorkeurslocatie uit te spreken. De motie was in onze ogen geen voorstel maar eigenlijk opnieuw een soort brainstorm – zonder richting, om nog meer mogelijkheden te onderzoeken.
De coalitie heeft beloofd dat het parkeerbeleid een stevig en duidelijk fundament krijgt. Dat wordt steeds vooruitgeschoven met weer een extra onderzoek. Nog maar net is de tweede fase van parkeren – betaald parkeren – in de prullenbak gegooid en nu wordt in de motie gebrainstormd over het vragen van geld voor langparkeerders. De voorbeelden van de tarieven zijn wel erg onvriendelijk.
Het hele raadsvoorstel heeft tot nu toe al minimaal 7500 euro gekost en wat de ambtelijke kosten zijn geweest en onder welk programma die weg zijn geschreven, dat kan het college niet ophoesten. De PvdA mist in de motie een raming van de kosten en een tijdspad.
Zoals de motie er nu ligt komt weer een onderzoek, maar daadwerkelijk gebeurt er niets.
De motie haalde het niet.
Het tweede onderwerp van deze vergadering was de motie vreemd aan de orde van de dag van PvdA, Lijst Quasten, SP, CDA, HEA, NE
In deze raadsvergadering kwam de PvdA en mede-indieners met een motie om het salaris van de directeur van de HVC gelijk te stellen aan de Wet Normering Topinkomens (Balkenende-norm). Het HVC is geen overheidsorganisatie en is niet wettelijk verplicht aan deze norm, dus waarom deze motie?
Alle aandeelhouders van de HVC zijn overheidsorganisaties en de gemeente Enkhuizen is indirect aandeelhouder van deze organisatie. Vanuit een publieke verantwoordelijkheid moeten wij omgaan met ‘onze’ deelnemingen. Die verantwoordelijkheid klinkt door in het omgaan met het beloningsbeleid van de HVC. Zoals de minister van economische zaken het verwoordt:
“Overheidsdeelnemingen in NV’s en BV’s zijn door de wetgever (in algemene zin) buiten de WNT gehouden op grond van de overweging dat de overheid – via de lijn van het aandeelhouderschap- het beloningsbeleid voldoende zou kunnen beïnvloedden.”
De directeur van het HVC verdient een loon dat boven de Balkenendenorm valt en via deze motie willen wij erop aandringen dat dit beloningsbeleid niet past bij een organisatie die onder onze verantwoordelijkheid werkt en waarvan de financiële risico’s volledig bij de overheden liggen.
Deze motie is met een ruime meerderheid aangenomen en wij vertrouwen er op dat wethouder Wijnne er alles aan doet om aan te dringen op een passend salaris van de directeur van ‘ons’ HVC.